De schelp die al eeuwen symbool staat voor leven, liefde en vruchtbaarheid
De zomer is bij uitstek de periode waarin we de zee opzoeken, of beter gezegd: het strand. De grens van land en zee, waar ook de invloed van wind en zon heel duidelijk waarneembaar is. Wie tijdens een wandeling langs de vloedlijn goed oplet, kan mooie souvenirs mee terug naar huis nemen. Zelfs amber en git kunnen aanspoelen, maar niet iedereen zal het geluk hebben dat te vinden. Schelpen zijn er echter altijd. Kokkels, mosselen, en strandgapers, zaagjes en nonnetjes, tepelhorens, alikruiken en wulken in onze streken, en meer exotische, bonte en grote schelpen en horens elders. Wat voor betekenis hebben schelpen in het verleden gehad en wat kun je er, nu mee doen?
Schelpen en horens of slakkenhuizen, van hier af gezamenlijk 'schelpen' genoemd, zijn niet alleen voorwerpen. Het zijn onderdelen van levende wezens, het uitwendige skelet van weekdieren. De malacologie is de wetenschap die zich bezighoudt met het weekdier en zijn biologische funkties, zoals bijvoorbeeld het bouwen van de schelp. Het is de moeite waard om daar eens een boek over op te slaan, maar op deze plaats gaan we er niet dieper op in. De schelp als zodanig is het onderwerp van de conchyliologie, de schelp als gereedschap, ornament of sieraad, als religieus symbool of als betaalmiddel. Deze geschiedenis van de schelp gaat tenminste tienduizenden jaren terug. In graven uit de steentijd zijn hoofdtooien en versierde kledingstukken gevonden, kettingen en armbanden, die gemaakt waren van schelpen en slakkehuisjes.
Schelpen staan symbool voor zulke belangrijke aspekten van het leven als geboorte, sexualiteit en dood. En schelpen en parels symboliseren ook de wateren en de maan. De gelijkenis van de tweekleppige schelp met de vulva speelt een grote rol in deze symboliek. Voeg daarbij dat parels groeien in schelpen, zoals het kind in de moederschoot (en de gelijkenis van de parel en clitoris) en het wordt duidelijk waarom juist oesters worden gelijkgesteld aan het vrouwelijke geslachtsorgaan. Het oude Deense woord voor oester is kudefisk en kude betekent vulva.
"Zeeschelp en oester hebben deel aan de magische krachten van de baarmoeder. In hen verblijven en werken de scheppende krachten, die als een onuitputtelijke bron uit elk zinnebeeld van het vrouwelijke beginsel bloeien. Vandaar dat oesters, zeeschelpen en parels, wanneer zij als amulet of versiering op de huid worden gedragen, de vrouw doordringen van een energie die de vruchtbaarheid begunstigt, en zij haar behoeden voor schadelijke krachten en een kwaad lot.
Hier en daar dragen meisjes en jonge vrouwen halskettingen van schelpen en in Japan en China worden mossels en parels gebruikt voor een vlotte bevalling. Bij de Azteken was de slak het gangbare symbool voor de bevruchting, de zwangerschap en de bevalling. Want: "zoals dit zeedier zijn schelp verlaat, zo wordt de mens geboren uit de schoot van zijn moeder".
De Maya-God Quetzalcoatl of Kulkunnan is, als volwassene, geboren uit de schelp van een buikpotige, volgens de populaire legende. Hij zou in een paleis van schelpen hebben gewoond en de aan hem gewijde tempels zijn meestal rijk versierd met schelpen. Hij wordt dikwijls afgebeeld gezeten op een voetstuk in de vorm van een schelp. Ook Aphrodite/Venus wordt zo afgebeeld, bijvoorbeeld op het beroemde schilderij van Botticelli: De Geboorte van Venus (geschilderd omstreeks 1480). Aphrodite werd geboren uit het schuim der zee (uit de bloeddruppels van de door zijn zoon Cronus verminkte Uranus). Na haar geboorte belandde zij op het eiland Cyprus, waar schelpen aan haar werden gewijd. De mythe dat Aphrodite uit een grote zeeschelp werd geboren, was waarschijnlijk verbreid langs de gehele Middellandse Zee. In Syrië werd de Godin de 'parelvrouwe' genoemd en in Antiochië droeg zij de naam Margarito (parel). Op Romeinse grafmonumenten worden ook schelpen gebruikt, als symbool voor geboorte en wedergeboorte.
Bij de Hindoes is de schelp, de horen eigenlijk, gewijd aan Visjnoe als God van de Wateren. Vanuit deze schelp kwam het woord OM, het scheppende Oer-woord. Evenals Quetzalcoatl is Visjnoe de God van de Schepping, de beschermer van het Universum tegen de Goden of krachten van de vernietiging, en de schutspatroon van de scheppende kracht van kunst, wetenschap en landbouw. Hindoepriesters gebruiken de schelp als muziekinstrument, evenals hun collega's in Japan en Thailand en bij de Azteken, en evenals de griekse watermannen waarnaar de tritonshorens zijn genoemd.
Schelpen nemen een belangrijke plaats in bij diverse religieuze riten, zoals bij inwijdingsplechtigheden en als vruchtbaarheidssymbool met een gunstige invloed op de oogst. Schelpdieren worden ook wel geofferd en schelpenkettingen en -amuletten worden gebruikt ter bescherming tegen het boze oog. Deze praktijken komen voor in Noord-Amerika, in Indonesië, Melanesië en Oceanië en in Togo. "Schelpen worden steeds vereenzelvigd met de bron van het Universele leven, of het er nu om gaat de normen van het Kosmische of sociale leven te bestendigen of een toestand van welzijn en vruchtbaarheid te bevorderen of dat het de voorspoedige bevalling van een zwangere vrouw of de geestelijke 'wedergeboorte' van de neofiet tijdens een initiatieplechtigheid betreft.
Schelpen en parels werden over de hele wereld gebruikt in de begrafenisriten. In China werken jade (Yang, mannelijk) en schelpen (Yin, vrouwelijk), samen om een aangenaam lot in het hiernamaals te scheppen. In China en in Afrika wordt de bodem van het graf bedekt met een laag schelpen, zoals ook bij Oud-Amerikaanse stammen het geval was. In grotten in Europa zijn schelpen gevonden in graven uit de steentijd, symmetrisch gerangschikt op het skelet, rood geverfd en soms doorboord. Schelpen overigens die van ver afkomstig waren. Bij gebrek aan schelpen werd een patroon van schelpen getekend op begrafenis-urnen. Ook kunstparels werden gebruikt waar echte niet voorradig waren. Het belang van deze symbolen bestaat erin dat ze de zee vertegenwoordigen, net zoals echte schelpen en parels, en daarmee de kosmische krachten die vruchtbaarheid, geboorte en dood beheersen.
De parel staat symbool voor een lang leven en is daarom in gebruik als talisman en als geneesmiddel. Niet in alle mythologieën wordt de parel geboren uit een schelp: een uit het Oosten afkomstige overlevering verklaart het ontstaan van de parel als de vrucht van de bliksem die in de mossel slaat. En zo kunnen schelpen zelfs vuur symboliseren!
Schelpen werden ook gebruikt voor meer aardse doeleinden. Ze dienden bijvoorbeeld als voedsel (het weekdier) en als geld (de schelp). Ook als lepels, borden of gereedschap hadden schelpen een funktie.
De St. Jacobsschelp wordt ook nu nog gebruikt om kleine voorgerechten in op te dienen. Kruisvaarders gebruikten deze om water te scheppen of als bedelnap. De ridderhelm uit de Australische kustwateren (wordt tot 60 cm groot) werd door de Aboriginals gebruikt om water te halen.
Kauri's (uit de familie der porseleinslakken) zijn het meest gebruikte schelpengeld. Zelfs in Noord-Europa hadden Kaurislakjes nog in begin vorige eeuw geldswaarde. Ze werden geregen tot kettingen die naar gelang de lengte een bepaalde waarde hadden. In China is het schriftteken voor deze slak nu het teken voor handel of geldverkeer geworden. De eerste munten die werden geslagen in Lydië (670 v.Chr.) kregen de vorm van een Kauri. Bij de Maya's werd de Kauri het symbool voor het getal nul.
Purperslakken werden gebruikt om de kleurstof uit te winnen voor de mantels van de oude Foeniciërs, van de Romeinse keizers en senatoren en later de kardinalen. Aan de kusten van de Middellandse Zee was een hele industrie ontstaan waar met behulp van geheime recepten de zo kostbare kleurstof werd gemaakt. Volgens Plinius kookte men de slak met de gemalen schelp samen in een grote ketel, zodat op den duur een zuivere vloeistof ontstond die net zolang op kleur en kwaliteit werd gekeurd totdat het gewenste resultaat was bereikt.
Uit de eredienst afkomstig is het gebruik van schelpen om geluid mee voort te brengen. In de Zuidzee en bij de Romeinen werden zo de burgers ten oorlog opgeroepen. In de Zuidzee werd een gat geboord aan de zijkant van de schelp en deze werd dan gelijk een dwarsfluit bespeeld. In het gebied van de Middellandse Zee sleep men de top van een tritonhoren en blies door dat gat. Op die manier ontstond een soort trompetgeschal. In onze tijd gebruikt men in dit gebied de schelp nog als signaalhoren. En uiteraard kennen schelpen een grote verspreiding als sieraad, als amulet voor de vruchtbaarheid en verwerkt in kettingen en armbanden om de schoonheid van de drager te benadrukken. Voor Christenen tenslotte is de schelp het attribuut van de apostel Jacobus, naar wiens graf in Santiago Di Compostella al eeuwenlang pelgrims reizen. Als teken van hun bedevaart, dragen de pelgrims een Jacobsschelp op hun mantel of hoed. De schelp is het symbool geworden van pelgrims en bedevaarten in het algemeen.
Uiteraard kun je schelpen verwerken tot sieraad. Kettingen van horentjes kunnen dienen als halssnoer van natuurlijk materiaal, om leven en dood en wedergeboorte te symboliseren en (als ronde ketting) oneindigheid. Een schelp aan een ketting kan ook de waarde hebben van een amulet. Dat is een voorwerp met een bepaalde, beschermende werking, die voortkomt uit het materiaal zelf. Een talisman is een voor een bepaald doel gemaakt voorwerp en ook hiervoor kunnen schelpen worden gebruikt. Net als noten symboliseren schelpen vruchtbaarheid. Je zou dus een schelp als basis kunnen nemen en daar bepaalde kruiden bij zoeken met dezelfde werking. Als je uitgaat van een tweekleppige schelp, kun je de twee helften aan elkaar lijmen met een koordje ertussen. Voor een goede reis, in het bijzonder over zee, kan een schelpentalisman ook goede diensten bewijzen. Voeg daarvoor bijvoorbeeld nog een symbool van Mercurius toe. Wijdt de talisman en gebruik hem slechts zo lang als nodig is. Daarna kun je hem begraven of aan de zee toevertrouwen.
Aphrodite werd geboren uit het schuim der zee en er is een verscheidenheid aan andere goden en godinnen van de zee. Poseidon/Neptunus, de Nereïden, Asjerat, Aegir, Njörd en Ran en Llyr zijn slechts voorbeelden. Voor aan hen gewijde rituelen zijn schelpen een goed symbool.
Dat schelpen water symboliseren is duidelijk. Het element lucht speelt een rol in het gebruik van tritonshorens als muziekinstrument. Bovendien symboliseren schelpen voor de Hindoes het scheppende Oerwoord en voor de Islamieten het oor dat het goddelijke Woord hoort. En de noordenwind, Boreas, heeft een schelp als embleem. Wellicht kan een horen worden gebruikt als instrument voor helder-horen.
Verder kun je schelpen gebruiken om doosjes op te sieren of om een rand te maken langs een spiegel. Wat je er ook mee doet, gevonden schelpen moeten eerst en zo snel mogelijk goed worden schoongemaakt. Gebruik hiervoor water, een oude tandenborstel en eventueel zeepsop. Dode dieren laten meestal los als je de schelpen en horens in heet water gooit. Koken is ook mogelijk. Gebruik eventueel een dun houtje of ijzerdraad. De taaie slotband van een mosselschelp kan worden bevochtigd met een druppel glycerine en aldus beschermd tegen uitdroging. Slakkenhuizen die door koken hun glans hebben verloren, kunnen met olie worden ingewreven
Als er gaatjes moeten worden gemaakt in schelpen, gebruik dan een steenboortje van 1 à 1½ mm. Leg de schelp op een niet te gladde onderlaag, zodat ze niet verschuift, en boor dan met weinig druk het gat. Schelpen die ergens op geplakt worden, kunnen worden opgevuld met specie, kunstklei of papier-maché om een vlakke ondergrond te krijgen. Als je de schelpen wilt kleuren, kan heel goed transparante glasverf worden gebruikt. Met een simpel patroon van schelpen, van schelpafdrukken in klei en met heel eenvoudige kettingen, blijf je in de stijl van de mensen uit de steentijd.
Voor meer leuke en fascinerende informatie kijk snel op:
Maak jouw eigen website met JouwWeb