Zie het patroon en doorbreek het.

Patroon (vorm)

Behangontwerp "Trellis"(latwerk) van William Morris, plm. 1864

Een patroon bestaat uit een herhaling van eenvoudiger eenheden of ontstaat uit een herhaalde toepassing van dezelfde regels.

[bewerken]Visueel

Visuele patronen kunnen zijn opgebouwd uit bijvoorbeeld cirkels, vierkanten (bijvoorbeeld in dambord-patroon) en of elk ander basisfiguur, zie bijvoorbeeld rozet. Men spreekt ook van een patroon als er niet een strikte herhaling plaatsvindt, bijvoorbeeld in het geval van het werk van Maurits Cornelis Escher wordt de herhaling gekenmerkt door geleidelijke veranderingen van de basisfiguur. Bij fractals ontstaat het patroon door herhaling van een berekening. Naast de wiskundige belangstelling voor patronen (waar iemand als Sebastien Truchet een van de voorlopers in was) komen interessante patronen als decoratie vaak voor op plaatsen waar men het niet direct zou verwachten zoals bij behang.

[bewerken]Gedrag

Als gedrag ( zowel bij mensen als bij dieren ) verloopt volgens voorspelbare regels is er sprake van een gedragspatroon. Bestudering van gedragspatronen vindt onder andere plaats in depsychologie en psychiatrie.

[bewerken]Muziek

In de muziek is een patroon is een bepaalde opeenvolging (sequentie) van noten, drums of percussie.

In de klassieke muziek wordt dit allemaal opgeschreven op speciaal voorziene bladen. Tegenwoordig doet men dit ook, maar echter niet veel meer. Gitaarpatronen (ook riffs genoemd) worden nog opgeschreven. Dit noemt men tablaturen.

In de moderne muziek, vooral dan in de elektronische muziek, worden de patronen gecreëerd metsequencers. Deze kunnen ofwel hardwarematig (machines) of softwarematig (programma's op de computer) zijn. Sequencers zijn handig om te gebruiken omdat men ter plekke melodieën of ritmes kan creëren, eventueel al experimenterend.

Wikimedia Commons

Instinct (gedragspatroon)

Een instinct is een soortspecifiek en erfelijk vastgelegd gedragspatroon, waarbij ervaring of leren geen rol speelt. Het instinct van een levend organisme is genetisch vastgelegd, waarbij specifieke actiepatronen (stimulus-respons) optreden als een gebonden keten van reflexen (Eng: fixed action patterns), bijvoorbeeld de reacties van een spin op specifieke trillingen in haar web. Ook het bouwen van een spinnenweb is een zeer goed voorbeeld van instinctief gedrag.

In de literaire betekenis is een instinct een onbewuste aandrang of een voorvoelen van gebeurtenissen en kan het beschouwd worden als een primitieve (dierlijke) vorm van intuïtie. Bij een instinct is sprake van een resulterend gedragspatroon (voorbeeld:instinctief draaide hij zich om en hief hij de armen op). Bij intuïtie wordt meer gedoeld op het innerlijke gevoel.

Inhoud

 [verbergen]

[bewerken]Biologie

Het gedrag van deze sociale wespen is volkomen instinctief, maar heeft ook een grote complexiteit.

In de gedragsbiologische betekenis van het woord is een instinct eenconcatenatie van reflexen, die bij gewervelden onder invloed van dehypothalamus zowel intra-organisch alssensomotorisch optreden en nauwelijks vatbaar zijn voor wijziging binnen desoort:

  • Intra-organisch (dit betreft alle processen binnen een levendorganisme). Zowel bij de mens als andere dieren treedt er binnen het organisme een keten van reflexen op die in de vakliteratuur beschreven worden in stimulus-responsprocessen (S-R).
Voorbeeld (met betrekking tot overlevingsinstinct): "hinde ziet leeuw" (stimulus) ⇒ vluchtgedrag (respons).

[bewerken]Erfelijkheid

Instinctenpatronen kunnen behoorlijk uitgebreid zijn, zoals nestbouw bij vogels of het baltsgedrag van de stekelbaars. De erfelijke component is goed te zien aan onderzoek naar het nestbouwgedrag vanagapornissoorten. Als twee soorten gekruist worden, waarvan de ene soort (A. roseocollis) enkele stukjes nestbouwmateriaal tussen de veren stopt om het te vervoeren en de andere soort (A. personata fischeri) het nestbouwmateriaal per stuk in de snavel vervoert krijgt de hybride een heel bizar gedragspatroon, waarbij hij steeds weer nestmateriaal tussen de veren stopt en dan weer in de snavel neemt. Na drie (!) jaar kan de hybride redelijk efficiënt het nestmateriaal in de snavel vervoeren, maar probeert hij het nog af en toe ook weer tussen de veren te stoppen.[1] In hetzelfde onderzoek blijkt het ook mogelijk een stamboom te genereren uit het steeds complexer worden van de gedragspatronen bij later geëvolueerde soorten. Deze stamboom bleef ook overeind na cladistisch onderzoek van hun DNA.[2].

[bewerken]Wat instincten niet zijn

[bewerken]Heeft de mens instincten?

In de sociale psychologie, de sociobiologie en de gedragsbiologie bestaat er reeds lange tijd discussie of er bij de mens nog wel zoiets bestaat als een instinct. Zo is het bestaan van het moederinstinct lange tijd betwijfeld: kindermoord, verwaarlozing, kindermishandeling, of de traditie van de minnemoeder, zijn maar enkele van de vele voorbeelden die het instinctenpatroon van 'moeder de gans' doorbreken. Ook het bestaan van zelfmoordcommando's, zelfverbranding of mensen die zich niet door een ander gedwongen, uit vrije wil lieten overrijden door een tank tijdens de protestbijeenkomst op het Tian Men Plein, worden aangevoerd als voorbeelden om te betwisten dat er zoiets bestaat als een overlevingsinstinct.

De hypothese dat de mens instincten heeft kan in principe getest worden, door mensen bloot te stellen aan niet eerder opgedane ervaringen om de leercomponent van het gedrag uit te sluiten. Als er sprake is van instincten zullen de resulterende gedragingen soortspecifiek en uniform moeten zijn.

Op het sensomotorische vlak gaat het stimulus-responspatroon bij de mens niet op, aangezien de mens op één stimulus gedragsmatig meerduidig (variabel) kan reageren (S1 ⇒ R1-R2-R3 enzovoort). Omgekeerd, een bepaalde respons (R1) kan binnen dezelfde leden van de soort, in dit geval de mens, verschillende stimuli oproepen (R1 ⇒ S1-S2-S3,...). Technisch uitgedrukt: er is een één-meerduidige relatie tussen S-R, en, er is ook een meer-eenduidige relatie tussen S-R.

Bij gewervelden zijn naast instinctief gedrag ook voorbeelden van aangeleerd gedrag te zien. Het feitelijke gedrag van dieren is een combinatie van instinctieve vastgelegde patronen en aangeleerd gedrag. Denk hierbij aan de zang van vogels die afthankelijk van de soort een soortspecifieke roep is, of een heel scala bevat aan geïmiteerde of spontane geluiden. We zien hier ook weer dat primitiever groepen als amfibieën een onverandelijke soortspecifieke roep hebben en zangvogels een zeer gevarieerde zang.

Recent zijn er publicaties in de evolutionaire psychologie waar men het instinct bij de mens weer in ere tracht te herstellen, maar dan veeleer als een adaptief gegeven en los van de gangbare definitie.[3]

Zie ook: Baldwin-effect, voor de evolutie van instincten.

[bewerken]Referenties

 

Bronnen, noten en/of referenties:

  1.  Dilger, W.C.; 1962; The behavior of Lovebirds; Scientific American
  2.  http://findarticles.com/p/articles/mi_qa3793/is_199804/ai_n8785457/pg_1?tag=artBody;col1DNA onderzoek agapornis
  3.  Steven PinkerHet taalinstinct - het taalscheppende vermogen van de mens; 1995 Uitgeverij ContactAmsterdam ISBN 90-254-1152-5.

 

 

Gedrag

Het gedrag verwijst naar de acties of de reacties van een voorwerp of een organisme, gewoonlijk met betrekking tot de omgeving.

Het gedrag kan bewust of onbewust, openlijk of heimelijk, en vrijwillig of onvrijwillig zijn. Het gedrag wordt bepaald door het endocriene systeem en het zenuwstelsel. De complexiteit van het gedrag van een organisme is verwant met de complexiteit van zijn zenuwstelsel. Over het algemeen hebben de organismen met complexe zenuwstelsels een grotere capaciteit om nieuwe reacties te leren en zo hun gedrag aan te passen.

Het gedrag van mensen (en andere organismen of zelfs mechanismen) valt binnen een waaier van "algemeen" (veel voorkomend) gedrag, ongebruikelijk gedrag (zonderling), aanvaardbaar gedrag en onaanvaardbaar gedrag. Acceptatie van gedrag wordt geëvalueerd met betrekking tot sociale normen en zijn door diverse middelen van sociale controle geregeld.

[bewerken]Zie ook

Wiktfavicon en.svg Zoek gedrag op in het WikiWoordenboek.

 

 

Gedragswetenschap

Gedragswetenschap is een overkoepelende benaming voor wetenschappen die zich toeleggen op de studie van het menselijk gedrag.

In Nederland wordt de term gedragswetenschappen vooral gebruikt als onderverdeling van sociale wetenschappen.

In Vlaanderen is dat niet het geval. De term gedragswetenschappen is ruimer dan de sociale wetenschappen.
Onder gedragswetenschappen worden gerekend:

  • antropologie - de wetenschap die zich bezighoudt met de bestudering van het menselijk gedrag bij culturen van niet-westerse volken in al hun aspecten
  • economie - de wetenschap die zich bezighoudt met het "economisch gedrag" van de mens: de behoeftebevrediging met inzet van (schaarse) middelen.
  • rechtsgeleerdheid - de wetenschap die zich bezighoudt met kennis of studie van het recht. Het vastleggen en verantwoorden van formele gedragsregels.
  • criminologie - bestudeert het (maatschappelijk) "afwijkend" gedrag
  • politieke en sociale wetenschap. Deze wetenschappen houden zich bezig met de studie van het tot stand komen, het voeren en de effecten van het overheidsbeleid.
  • sociologie - bestudeert het sociaal gedrag en sociaal handelen van de mens in de samenleving
  • communicatiewetenschap - de wetenschap die menselijke communicatie en de effecten daarvan op het gedrag onderzoekt
  • psychologie - de wetenschappelijke studie van het gedrag en de mentale processen
  • pedagogiek - de wetenschap die zich bezighoudt met de bestudering van het veranderproces/leerproces binnen een (opvoedings)relatie.

[bewerken]Overlappingen

  • Biologie bevat de studie van het "dierlijk" gedrag, wat ook parallellen met het menselijk gedrag omvat.

 

 

 

Sociale gedragsnormen

Sociale gedragsnormen, een begrip uit de sociale psychologie, zorgen ervoor dat mensen (meestal onbewust) hun gedrag aanpassen aan de normen van de situatie en de sociale rollen die zij verpersoonlijken. Hun responsen worden dan ook door deze twee factoren bepaald: de sociale rollen en de normen van de groep.

Inhoud

 [verbergen]

[bewerken]Sociale rollen

Een sociale rol is een sociaal gedefinieerd gedragspatroon dat mensen in een bepaalde omstandigheid ofgroep behoren te vertonen. Met andere woorden zegt de sociale rol hoe je je moet gedragen (bv. een student: werkstukken maken, examens afleggen, ...). Het voorbeeld van de student is maar één voorbeeld van een sociale rol. Sociale rollen bestaan er in allerlei vormen en maten: sporter, moeder of vader zijn, musicus, .... Meestal kun je je rollen zelf kiezen zoals die van een sporter, maar sommige rollen kun je nu eenmaal niet kiezen:

  • Biologisch: jongen of meisje
  • Cultureelmoslim of christenen
  • Economisch: arm of rijk

Maar hoe je het ook draait of keert, sociale rollen zijn er om te vertellen hoe je je moet gedragen.

[bewerken]Script

Wanneer mensen nieuwe sociale rollen aannemen baseren zij zich op scripts over de rollen. Een script wordt gevormd door de persoonlijke kennis van een individu over de reeks gebeurtenissen en handelingen die naar zijn idee bij een specifieke sociale rol horen.

Voorbeeld: 'Wie/wat is een bewaker?', een willekeurig persoon kan antwoorden: 'iemand die strikte regels hanteert om de vrijheid van de gevangenen in te perken', wanneer deze persoon de rol van bewaker zal aannemen, zal hij handelen en zich gedragen naargelang de omschrijving die hij deze sociale rol heeft gegeven. Ook al was deze willekeurige persoon een geliefd man met een zacht karakter, later (tijdens Stanford-gevangenisexperiment) werd bekend gemaakt dat deze vriendelijke man, één van de meest sadistische bewakers was tijdens het experiment. Alleen maar door zijn script over de rol van 'bewaker'.

[bewerken]Sociale normen

Elke groep ontwikkelt zijn eigen sociale rollen. Maar binnen een groep ontstaan er ook een groot aantal 'ongeschreven regels' die de leden van die groep vertellen hoe ze zich moeten gedragen. Deze verwachtingen worden in de sociale psychologie meestal sociale normen genoemd. Een voorbeeld hiervan is dat je stil moet zijn in de openbare bibliotheek, ook al staat deze 'regel' nergens opgeschreven toch houden de meeste mensen zich hier aan. Om niet uit de toon te vallen gaan mensen die vaak net lid zijn geworden van een bepaalde groep, op onderzoek uit naar de normen van deze groep. Dit alles kan gebeuren op twee manieren:

  • Uniformiteit van bepaalde gedragingen
  • Negatieve consequenties van overtreding van een sociale norm opmerken

[bewerken]Bronnen

Psychologie: een inleiding (door: Philip G. Zimbardo, Ann L. Weber en Robert L. Johnson)